In het regeerakkoord is benoemd dat het afgelopen moet zijn met het stoken van gas en dat de gasleidingen niet langer nodig zouden zijn. Klopt dat en wanneer gaat dat dan gebeuren?

Achtergrond

Veel landen in de wereld hebben afspraken gemaakt om de uitstoot van COin de atmosfeer te verminderen.CO2 is een zogenaamd broeikasgas en wordt geassocieerd met het veroorzaken van de opwarming van de aarde. Vandaar dat wij de uitstoot van CO2 moeten verminderen. De Europese Unie heeft zich tot doel gesteld dat in 2030 de uitstoot van CO2 40% lager moet zijn dan in 1990. De Nederlandse Staat heeft in 2015 een rechtszaak verloren tegen Urgenda.

De rechter heeft bepaald dat in 2020 de uitstoot van CO2 25% lager moet zijn dan in 1990. Tot 2015 was die daling nog maar 12,5%. Nederland moet er dus snel tegen aan om de doelstellingen nog te halen. Dat doet men door een pakket van maatregelen.

De grootste veroorzaker is de industrie (ca 31%) en de nummer 2 is het wegverkeer (ca 22%). Deze hele ombouw naar “groene energie” noemt men ook wel de “energietransitie”. Alle sectoren moeten mee doen om de doelstellingen te halen. Dat geldt dus ook voor de gassector.

De oplossingen

Oplossingen zijn onder andere het bouwen van grootschalige wind- en zonne energieparken, het stoken van biomassa (CO2 neutraal) in kolencentrales en natuurlijk ook de subsidie op de pelletkachel.

Verder nemen gemeentes ook eigen initiatieven door bijvoorbeeld nieuwbouwwoningen niet meer te laten voorzien van aardgas maar bijvoorbeeld van warmtepompen of andere COneutrale oplossingen. Momenteel wordt 50% van de nieuwbouwwoningen aangesloten op het aardgasnetwerk, de andere helft niet meer.

In de bestaande bouw is het veel lastiger om te veranderen. Woningen zijn vaak onvoldoende geïsoleerd en een warmtepomp alleen is derhalve niet effectief. Bedrijven zoals Gasunie en Aedes (vereniging voor woningcorporaties) hebben ingeschat dat het klimaatneutraal ombouwen van een bestaande woning tussen de €30.000 en €50.000 kost. Niet echt een korte termijnalternatief dus.

Voor alleen de gemeente Amsterdam (ca 500.000 woningen) zou dit al circa €1,7 miljard kosten. Dit is nog zonder de aanleg van een nieuwe infrastructuur voor ons elektriciteitsnetwerk die nog eens tientallen miljarden zal gaan kosten. Dat kan dus nooit op korte termijn allemaal gebeuren simpelweg omdat wij er geen geld voor hebben.

Daarnaast is gas op dit moment nog verreweg de goedkoopste energiebron. Een rekensom op basis van de huidige kosten, waarbij we als uitgangspunt nemen dat 1Mgas ongeveer 10 kWh aan energie bevat.

In geld:

  • 1 Mgas kost ca. € 0,65
  • 1 kWh stroom kost ongeveer € 0,22
  • 10 kWh stroom kost dus € 2,20 tegen € 0,65 aan gas, ongeveer € 1,55 goedkoper dus!

De verwachte toekomst

Het is de verwachting van diverse marktpartijen dat in 2050 altijd nog een kwart van onze woningen aangesloten zal zijn op het gasnet en mogelijk nog meer indien de ontwikkelingen van biogas en waterstof verder doorzetten. Er komt steeds meer biogas en daarvoor is ook een gasnetwerk nodig en ook de ontwikkelingen om elektriciteit om te zetten van waterstof naar methaangas krijgen steeds meer vorm.

Dat in de toekomst minder woningen dan vandaag het geval is aangesloten zullen zijn op het gasnetwerk is een feit. Dit zal echter heel langzaam gaan omdat de financiële middelen er niet voor zijn en men bewoners van bestaande woningen ook niet voor de enorme kosten kan en wil laten opdraaien. De gasleveringen zullen dus in ieder geval tot 2050 doorgaan. Als je daar aan koppelt dat de levensduur van een gastoestel gemiddeld 25 jaar is, is een investering in een gastoestel nog steeds verantwoord.

De diversiteit van woningverwarming zal toenemen. De hybride warmtepomp (gas en elektriciteit) lijkt daarbij een zeer reële optie. Ook schone biomassa toestellen in combinatie met een warmtepomp lijkt een goed alternatief. Het aantal gasaansluitingen zal afnemen, maar in een heel langzaam tempo en met de opkomst van biogas en waterstof misschien nog wel veel langzamer dan nu wordt verwacht. De komende 30 tot 40 jaar zal gas nog altijd een belangrijke plaats innemen als het om verwarmen gaat.